U bent hier: Home Database Oorkonden

Lijstweergave

Totaal 13 oorkonden
(waarschijnlijk 1177-1189 april)

Floris III, graaf van Holland, verklaart dat Willem van Strijen, zijn broer Hugo en hun zusters het goed Heiligenberg en de niet in cultuur gebrachte grond met alle bijbehorende zaken in de tienden en gerechten hebben geschonken aan de kerk van de kapel (van Ter) Doest.

1242 (april 18) - 1243 (april 10)

Willem, ridder, heer van Strijen, en zijn broers Hendrik en Hugo schenken aan de abdij Ter Doest bij wijze van instemming met de schenking door hun voorgangers het goed Heiligenberg met wildernis, moergrond, lage rechtsmacht en tiend alsmede de wateren binnen de omschreven grenzen en het visrecht, met name in de Grauinnen Sloed, en de halve visserij van de Mark.

1244 april 26

Willem, heer van Strijen, en zijn broers Hendrik en Hugo hechten hun goedkeuring aan de schenking door hun voorgangers van het goed Heiligenberg met wildernis, moergrond, lage rechtsmacht en tiend en dragen dit ook als schenking over aan de abdij Ter Doest. Tevens schenken zij binnen de omschreven grenzen van dit gebied de wateren met het visrecht, in het bijzonder in de Grauinnen Sloed, en de Mark tot halverwege de stroom met het visrecht en het recht om staalbomen te plaatsen, en staan de abdij toe de Grote Vorre af te dammen op voorwaarde dat zij een watergang aanleggen en onderhouden van de Grauinnen Sloed naar de Kleine Vorre.

1276 juli 23

Floris V, graaf van Holland, gelast Willem van Strijen de abdij Ter Doest in het ongestoorde bezit te laten van het goed Heiligenberg dat destijds door Willems voorgangers aan de abdij was geschonken.

1277 maart 17

Floris V, graaf van Holland, doet uitspraak in het geschil tussen abt en convent van Ter Doest enerzijds en Willem van Strijen anderzijds over het goed Heiligenberg, eertijds door Willems voorgangers aan de abdij geschonken, en bepaalt dat abt en convent in het ongestoorde genot van dat goed dienen te blijven en dat de abdij hiervoor aan Willem een rijpaard zal geven ter waarde van 70 pond Hollands of dat bedrag in geld.

1287 mei

Willem Hugemanszoon, heer van Zevenbergen, en zijn echtgenote Hadewijch geven ten overstaan van de schepenen van Zevenbergen aan Willem Betten (van Aardenburg) ten behoeve van het Sint-Janshospitaal te Brugge honderd bunder moer te Zevenbergen tegen een jaarlijkse erfcijns van achttien penning Hollands per bunder met de verplichting tot het betalen van drie penning Hollands per last gedolven turf en stellen het Sint-Janshospitaal vrij van alle overige diensten en afdrachten, met uitzondering van het aandeel in de waterschapslasten. Tevens verbinden Willem en Hadewijch zich ertoe op eigen kosten openbare wegen aan te leggen. Willem, heer van Strijen, bekrachtigt de overeenkomst en bezegelt mede, samen met Wolfert van Borsele, Gerard van Wieldrecht, Gillis van Wendelnesse en de schepenen van Zevenbergen.

1287 mei

Willem Hugemanszoon, heer van Zevenbergen, en zijn echtgenote Hadewijch geven ten overstaan van de schepenen van Zevenbergen aan Willem Betten van Aardenburg ten behoeve van de Tafel van de Heilige Geest te Brugge veertig bunder moer te Zevenbergen tegen een jaarlijkse erfcijns van achttien penning Hollands per bunder met de verplichting tot het betalen van drie penning Hollands per last gedolven turf en stellen de Tafel van de Heilige Geest vrij van alle overige diensten en afdrachten, met uitzondering van het aandeel in de waterschapslasten. Tevens verbinden zij zich ertoe op eigen kosten openbare wegen aan te leggen. Willem, heer van Strijen, bekrachtigt de overeenkomst en bezegelt mede, samen met Wolfert van Borsele, Gerard van Wieldrecht, Gillis van Wendelnesse en de schepenen van Zevenbergen.

1287 mei

Willem Hugemanszoon, heer van Zevenbergen, en zijn echtgenote Hadewich geven ten overstaan van de schepenen van Zevenbergen aan de abdij van Zoetendale zestien bunder moer te Zevenbergen tegen een jaarlijkse erfcijns van twee schelling Hollands per bunder met de verplichting tot het betalen van vier penning Hollands per last gedolven turf en stellen de abdij vrij van alle overige diensten en afdrachten, met uitzondering van het aandeel in de waterschapslasten. Willem, heer van Strijen, bekrachtigt de overeenkomst en bezegelt mede, samen met Wolfert van Borsele, Gerard van Wieldrecht, Gillis van Wendelnesse en de schepenen van Zevenbergen.

1295 januari 15

Floris V, graaf van Holland en Zeeland, en heer van Friesland, doet na het overlijden van Willem, heer van Strijen, uitspraak in het geschil tussen abt en convent van Ter Doest enerzijds en Nicolaas, (heer) van Putten, rechtsopvolger en schoonzoon van Willem, anderzijds, en wijst Heiligenberg als vrij eigen goed toe aan de abdij, met uitzondering van de hoge rechtsmacht die toekomt aan Nicolaas, zijn echtgenote en hun nakomelingen. De abdij betaalt aan Nicolaas honderd pond nieuw Hollands en zal twee priesters aanwijzen die te Krabbendijke of in een te bouwen kapel te Heiligenberg de missen zullen opdragen voor het zielenheil van de voorouders van Willem, heer van Strijen, en Floris III.

1296 augustus 29

(Simon), abt van Sint-Gillis op de Publémont te Luik, bewaarder van de door de Heilige Stoel verleende oorkonden aan abt en convent van Ter Doest, gelast de priesters van Overdrage, Etten en Zevenbergen om de personen die de abdij, niettegenstaande de uitspraak van Floris V, graaf van Holland, in haar bezittingen en rechten te Heiligenberg hebben aangetast, te manen om deze op straffe van excommunicatie binnen acht dagen na hun maning aan de abdij te restitueren en de schade te vergoeden.

Document acties