U bent hier: Home Database Oorkonden

Lijstweergave

Totaal 43 oorkonden
1272 februari 2

Jan I, hertog van Brabant, schenkt aan zijn leenman Willem, heer van Horn, ter verbetering van diens leen jaarlijks 80 pond Leuvens, te ontvangen uit het lood en geleide van ’s-Hertogenbosch na de dood van vrouwe Maria, echtgenote van de heer van Perwez, vrouwe van Ninove, onder voorbehoud dat hij en zijn erfgenamen deze betaling voor 800 pond kunnen afkopen.

1279 januari 9

Schepenen van Heusden oorkonden dat Jan Kepperich van Hedikhuizen en zijn echtgenote Wendelmoed aan abt en convent van Berne al hun roerende en onroerende goederen overdragen en dat abt en convent hen deelgenoot maken in hun gebedsgemeenschap.

1282 maart 19

Schepenen van Heusden oorkonden dat Jan Rumschotel aan abt en convent van Berne zeven morgen land op zes nader genoemde locaties bij Heusden met de dijken opdraagt met akkerland, waarna abt en convent dit tegen een jaarlijkse erfpacht van vier mud rogge aan Jan geven.

1282 maart 19

Schepenen van Heusden oorkonden dat Jan Rumschotel aan abt en convent van Berne vrijwaring belooft voor de zeven morgen land (op zes nader genoemde locaties bij Heusden) die hij opgedragen heeft en tegen een jaarlijkse erfpacht van vier mud tarwe ontvangen heeft, en dat hij degenen die het vruchtgebruik hebben afstand zal laten doen over vier jaar onder zekerstelling van zijn huis en erf.

1287 juli 7

Walram, heer van Valkenburg, doet met Philippa, zijn echtgenote, ten gunste van Reinoud I, graaf van Gelre, afstand van al het recht dat hun toekomt op bepaalde sommen geld, die wijlen de heer van Cuijk en zijn echtgenote, zuster van genoemde Philippa, hem verschuldigd zijn vanwege de lijftocht van deze. (Deperditum)

1289 december 30

Adolf VII, graaf van Berg, vraagt aan Jan I, heer van Cuijk, de aan hem verschuldigde twaalf mark te geven aan Hendrik Vustinc, de brenger van deze brief.

1292 februari 11

Schepenen van Heusden oorkonden dat Aleid, weduwe van Dirk Alras, en haar zoon Jan aan abt en convent van Berne een jaarlijkse erfcijns schenken van twintig schelling uit haar huis en erf te Heusden.

1292 juni 30

Everard, graaf van de Mark, Jan I, heer van Cuijk, Krafto, heer van Greifenstein, en Lodewijk, plaatsvervangend heer van Rheingau, bepalen in het geschil tussen Jan I, hertog van Brabant, en Adolf, rooms-koning, inzake de goederen van het hertogdom Limburg dat deze binnen veertien dagen aan Jan moeten worden overgedragen met hetzelfde recht als de eerdere hertogen van Limburg die van de keizer hielden. Tevens beloven zij binnen dezelfde periode een beslissing te nemen en af te kondigen over de af te sluiten vriendschapsband tussen beide partijen.

1292 september 22

Rooms-koning Adolf wijst aan Jan I, hertog van Brabant, verschillende tollen toe en inkomsten tussen de Moezel en de zee, als garantie voor de terugbetaling van de van hem geleende 16.000 mark Keuls en bepaalt onder meer dat Krafto van Greifenstein of na zijn overlijden één van zijn opvolgers, onder wie Jan van Cuijk, altijd de hertog of zijn opvolgers zal moeten toestaan de burcht Kaiserswerth te gebruiken.

1293 januari 10

Constantijn van Lysenkirchen, burger van Keulen, maakt bekend dat Jan I, heer van Cuijk, hem 300 pond Brabants betaald heeft voor de schuld die de hertog van Brabant heeft bij Tielman Loysekanne en dat Tielman dit bedrag in mindering heeft gebracht op de schuld.

Document acties