< terug naar de lijst met oorkonden

Ridder Folkold geeft al zijn bezittingen weg - de stichtingsakte van de abdij van Berne (1134)

Samenvatting
Andries, de bisschop van Utrecht, bevestigt in 1134 de schenking die Folkold van Berne, een vrij en rijk man, en zijn vrouw Bescela gedaan hebben aan Robert, de abt van Mariënweerd. Zij hebben hem Bern, Masemunde, Erp, Altforst en Maarsbergen gegeven, om in Berne een klooster te stichten. De abt heeft uit zijn monniken een geschikte abt gekozen en hem aan het hoofd gesteld van Berne. Deze abdij is aan niets of niemand iets verschuldigd. Ook mogen de monniken in hun klooster hun eigen mensen begraven en de zieken begeleiden. Maar hun parochianen mogen ze niet begraven zonder toestemming van de parochiepriesters.

Achtergrondinformatie
De abdij van Berne is in 1134 gesticht in Bern, in het Land van Heusden. Het is de oudste dochterabdij van het klooster Mariënweerd (bij Beesd). Het is een Norbertijnerabdij, een orde die gesticht is door de heilige Norbertus in het Noord-Franse Prémontré. De norbertijnen of premonstratenzers leven volgens de regel van Augustinus. Zij dragen een wit habijt (pij) en worden daarom ook wel witheren genoemd.

Folkold van Berne, die de goederen samen met zijn vrouw schonk, wordt genoemd in een stichtingskroniekje van de abdij van Berne dat geschreven is in het begin van de dertiende eeuw (de beginpagina zie je hier rechtsboven afgebeeld). Hij was een regionale edelman en stierf kinderloos. Na zijn dood was er dus geen machtige stichtersfamilie om de abdij te beschermen. In deze kroniek, die in een later afgeschreven versie bewaard is in de abdij van Berne, wordt Folkold als een held opgevoerd. Hij had een burcht en eigen goederen, was graaf tussen Maas en Waal en oefende in een deel van dat gebied de rechtspraak uit.
De kroniek staat vol met hele en halve (on)waarheden over Folkold. De vele ruzies die Folkold met machtige heren als de hertog van Brabant, de graaf van Holland en zijn buurman Herman van Heusden zou hebben gehad, zijn niet meer te bewijzen, maar veel van de bondgenoten en vijanden die genoemd worden, hebben wel degelijk bestaan.
Folkold zou op miraculeuze wijze aan een aantal vijanden ontsnapt zijn door met zijn paard in de Maas te springen (zie het schilderij uit de collectie van het Museum voor Religieuze Kunst in Uden, hiernaast). In die doodsnood bad hij tot God. Hij smeekte hem zijn leven te sparen en ruil daarvoor zou hij zichzelf en al zijn bezittingen in dienst van God stellen. Dat was de aanleiding voor het stichten van de abdij van Berne.
Zijn laatste vijftien jaar zou Folkold als monnik in het klooster hebben doorgebracht.


De eerste abt van de abdij van Berne heette Everhard.

De abdij bevindt zich overigens niet meer op de oorspronkelijke plaats, maar is nu gevestigd te Heeswijk-Dinther.
In 1579 ging de abdij in de vlammen op en moesten de monniken vluchten. In Den Bosch probeerden zij vanuit een oud klooster in de Hinthamerstraat de abdij weer tot bloei te brengen. Ze slaagden er echter niet in terug te keren naar de oude abdij en verhuisden in 1629 noodgedwongen naar Heeswijk, waar de abt Jan Moors een buitenhuis had. Na vele omzwervingen en een onderbreking van het eigenlijke abdijleven werd uiteindelijk het huidige Slotje te Heeswijk in 1857 de vestigingsplaats van de abdij.

Tips voor een script
Dit wonderlijke leven en de bekering van Folkold vormt een mooie basis voor een spannend filmscript. Omdat de bronnen niet zoveel informatie over hem prijsgeven en omdat die informatie zo onbetrouwbaar is, krijg je de vrijheid om er een spannend verhaal omheen te verzinnen. Wat was die Folkold voor man voordat hij zich bekeerde? Een gemene roofridder? Een snel op zijn tenen getrapte edelman, die het heerlijk vond om andere ridders voor een duel uit te dagen? Een rokkenjager? Hoe reageerde hij als een priester hem op zijn donder gaf voor zijn slechte gewoontes? Hoe maak je de ommekeer in zijn leven geloofwaardig?

Over de oorkonde
De oorkonde is een origineel op perkament, met een opgedrukt zegel in was. Het perkament heeft hier en daar gaten en is zwaar beschadigd door schimmel, zodat we de oorspronkelijke tekst niet meer helemaal kunnen lezen. Gelukkig zijn er in de zestiende en de zeventiende eeuw (voordat de beschadigingen plaatsvonden) kopieën van de oorkonde gemaakt, zodat de volledige tekst toch bekend is.

De oorkonde is uitgegeven op de website van het DONB. Daar vind je de volledige Latijnse tekst, foto's waarop je kunt inzoomen en nog meer informatie over de oorkonde.

Links

< terug naar de lijst met oorkonden