U bent hier: Home Database Oorkonden

Lijstweergave

Totaal 61 oorkonden
1301 mei 6

Schepenen van Zaltbommel oorkonden dat Rudolf van Deil aan Hendrik van Heessel acht morgen land te Vrowijk onder Deil verkoopt voor 200 pond en belooft binnen een jaar een oorkonde te leveren van de heer van Cuijk die Hendrik hierin bevestigt, mocht hij recht hebben met betrekking tot die grond.

1306 september 1

Graven Robert van Virnenburg, Simon van Sponheim, Hendrik van Solms geheten van Sponheim, raadslieden van Hendrik, aartsbisschop van Keulen, enerzijds en graven Everhard van der Mark en Johan van Sponheim alsmede Jan I, heer van Cuijk, raadslieden van Gerard, graaf van Gulik, anderzijds doen uitspraak in het geschil tussen de Keulse aartsbisschop en de graaf van Gulik inzake onder meer het slot Ringsheim, Grevenbroek, Zülpich en Lipp.

1307 mei 25

Schepenen van Grave oorkonden dat Mathias, zoon van Mathias van Laar, aan zijn broer Bado, geestelijke, een jaarlijkse erfcijns van tien schelling verschuldigd is, gevestigd op zijn erfgoed binnen de muren van Grave.

1307 juni 26

Schepenen van Grave oorkonden dat Jan, zoon van Arnoud Blome, schenkt aan het gasthuis te Grave een jaarlijkse rente van twintig schelling, gevestigd op een huis en erf en op twee weiden te Cuijk, afkomstig uit het testament van Jacob van Haps en dat Jan daarvan aan het gasthuis te Grave tien schelling geeft, aan de pastoor van Cuijk vijf schelling voor het jaargetijde van Jacob en aan de kerk van Cuijk vijf schelling voor de verlichting.

1307 november 18

Jan I, heer van Cuijk, verklaart dat hij met instemming van schepenen, gezworenen en poorters van Grave aan Jan, zoon van Lidekin, Ywein en Gijsbert, zonen van Gijsbert Gruter, Arnoud Lauwart, Willem van Wijchen, Jan Minnensone en Hubert, zoon van Geertrui, ten voordele van de inwoners van Grave gemene gronden te Grave geeft tegen een jaarlijkse erfcijns van 40 pond zwarte Tournoois, onder diverse voorwaarden met betrekking tot het dijkonderhoud en het recht van overpad naar de visplaats.

1308 januari 30

Gerard, graaf van Gulik, Willem, graaf van Berg, Godfried, heer van Heinsberg en Jan I, heer van Cuijk, treden op als scheidsmannen in het geschil tussen Otto, graaf van Kleef, enerzijds en Everard, graaf van der Mark, en zijn zoon Engelbert van Arenberg anderzijds.

1308 april 5

Jan I, heer van Cuijk, Willem, heer van Boxtel, en Bernard, pastoor van Vuren, maken bekend dat zij aanwezig waren op het kerkhof te Rijswijk bij de belening van het huis te Giessen door wijlen Willem, heer van Horn, aan Arnoud van Giessen, zoon van Vastraad van Giessen.


1308 april 20

Jan I, heer van Cuijk, verklaart dat hij met instemming van zijn echtgenote Jutta, vrouwe van Cuijk, hun zonen Jan en Otto, en zijn kleinzoon Jan van Cuijk aan de inwoners van de parochies van Beugen, Brakel, Cuijk, Linden, Beers, Mill, Escharen en Grave tegen een jaarlijkse erfcijns van tien pond de gemene gronden schenkt, gelegen tussen het rechtsgebied van de heer van Herpen en Jan Boc van Meer tussen de Maas en de Peel, met uitzondering van enkele weidegronden en bossen.

1308 mei 7

Jan I, heer van Cuijk, schenkt de gemene gronden vanaf het rechtsgebied van Boxmeer in de richting van Westerbeek aan de parochianen van Sambeek, Vierlingsbeek en Overloon tegen een jaarlijkse erfcijns van 20 schelling.

1308 mei 15

Jan I, heer van Cuijk, oorkondt dat hij aan deken en kapittel te Grave ten behoeve van de door hem nieuw gestichte prebenden 58 morgen akkerland te Tiel, een jaarrente van 21 pond met 35 hoenders binnen Tiel, een rente van drie mud rogge en drie mud haver te Overasselt uit de goederen van Schonenburg en een jaarrente van 40 pond zwarte Tournoois uit zijn molens en de gruit te Grave schenkt, en dat de jaarrente van 40 pond uit de eerste betaling uit de molens en de gruit zal geschieden. Tevens draagt hij het benoemingsrecht van de kosterij en de scholen te Grave over aan deken en kapittel. Zijn zoon Jan, proost van Maastricht en Leuven, en zijn kleinzoon Jan van Cuijk bezegelen mede.

Document acties