U bent hier: Home / Database / Oorkonden

Lijstweergave

Totaal 25 oorkonden
1242 juni

Hendrik, proost, Wolfram, deken, en het kapittel van Oudmunster te Utrecht geven na de dood van Dirk van Altena aan Willem I van Horn, zijn opvolger in Altena, de goederen (in het land van Altena) die Dirk van hen in pacht hield, tegen een jaarlijkse pacht van 26 mark Keuls. Na de dood van Willem zal zijn wettige erfgenaam tien pond Utrechts betalen voor de ontvangst van deze goederen en de hernieuwing van dit privilege.

1244 mei (1-31)

Robert, bisschop van Luik, bekrachtigt de statuten van het kapittel van Kortessem, opgesteld door Daniel, deken, en meester Reinier, kanunnik van Tongeren, en bepaalt tevens dat bij de presentatie van de bedienaars van de kerken van Kortessem, Wintershoven, Kuttekoven, Son, Strijp en Nuenen, waarvan het kapittel het patronaatsrecht heeft, pastoors moeten worden aangesteld die de zielzorg verzorgen en resideren. Van de inkomsten van hun kerken ontvangen de pastoors minstens acht mark, de overige zijn voor het kapittel.

(1242 maart 13 – 1253 juni 22)

Willem I, heer van Horn en Altena, patroon van de kerk van Kortessem, bepaalt dat het jaarinkomen van een overleden kanunnik het daaropvolgende jaar voor de ene helft moet worden aangewend voor de aankoop van boeken en kerkelijke versierselen en voor de andere naar de kerkfabriek gaat. (Deperditum)

1259 maart 21

Willem I, heer van Altena, erkent dat hij de tienden van Woudrichem en Andel en de helft van die van Giessen uit gunst en niet rechtens houdt van proost, deken en kapittel van Oudmunster te Utrecht voor de duur van zijn leven of van dat van de proost, met de bepaling dat proost, deken en kapittel een eventueel tekort in hun overige goederen uit die tienden mogen aanvullen.

1265 april 29

Meester Hendrik, deken, en het kapittel van Oudmunster te Utrecht geven na de dood van Willem I, heer van Altena, aan Dirk, zijn zoon, de goederen (in het land van Altena) die Willem van hen in pacht hield tegen een jaarlijkse pacht van 26 mark Keuls. Na de dood van Dirk zal zijn wettige erfgenaam tien mark Keuls betalen voor de ontvangst van deze goederen.

1272 augustus 1

Dirk III, heer van Altena, verklaart dat hij deken en kapittel van Oudmunster te Utrecht niet zal hinderen bij de verkoop van de tiend van Woudrichem, Giessen en Andel.

1282 december 12

Reinoud I, graaf van Gelre en hertog van Limburg, oorkondt dat Willem II, heer van Horn (en Altena) en zijn eerstgeboren zoon Willem, ten behoeve van de abdij van Thorn afstand doet van alle heffingen en beden die hij als voogd van het land van Thorn kan heffen.

1292 december 12

Siegfried, aartsbisschop van Keulen, vidimeert en bevestigt de oorkonden, verleend door Dirk III, heer van Altena, en Robert, bisschop van Luik, aan het klooster Sint-Elisabethsdal te Nunhem d.d. 1240 oktober 9 en 1241 maart 30 (na 1240 oktober 9).

1294 juni 17

Gerard (van Nassau), aartsdiaken van Luik, bevestigt de bekrachtiging door Robert, bisschop van Luik, alsmede de bevestiging door het kapittel van Luik van de statuten van het kapittel van Kortessem en de bepalingen inzake de pastoors van de kerken van Kortessem, Wintershoven, Kuttekoven, Strijp, Son en Nuenen.

(1)300 november 23

Willem II, heer van Horn en Altena, bepaalt bij testament dat jaarlijks twintig pond bestemd is voor een altaar in het klooster van Keizerbosch van een bedrag van 200 pond zwarte Tournoois, gevestigd op tienden en goederen te Rijswijk (bij Woudrichem).

Document acties