Lijstweergave
- (1185 december 25 -) 1186 (december 24)
-
Nicolaas, abt van Sint-Truiden, oorkondt dat de edelvrouw Gudula zichzelf en haar nageslacht overdraagt aan de abdij van Sint-Truiden tegen betaling van een hoofdcijns van één penning te Aalburg moeten betalen alsmede een keurmede van twaalf penning.
- (waarschijnlijk 1177-1189 april)
-
Floris III, graaf van Holland, verklaart dat Willem van Strijen, zijn broer Hugo en hun zusters het goed Heiligenberg en de niet in cultuur gebrachte grond met alle bijbehorende zaken in de tienden en gerechten hebben geschonken aan de kerk van de kapel (van Ter) Doest.
- 1189
-
Gerard, proost van Zyfflich, bevestigt de ruil tussen Everard, abt van Berne, en de kerk van Zyfflich van de hoeve te Leuth met de hoeven die de abdij van Berne te Gaal en Maarsbergen van Zyfflich in cijns houdt.
- 1191
-
Hendrik, heer van Cuijk, draagt met instemming van zijn echtgenote Sofie en hun zoon Albert het allodium te Herpen op aan Hendrik I, hertog van Brabant, die het hem in leen geeft met een vergoeding van 40 mark Keuls en de tiend van Heesch.
- (1200 november 3 of kort daarna)
-
Beoorkond wordt de overeenkomst tussen Hendrik I, hertog van Brabant, en Dirk VII, graaf van Holland, inzake de rechten van hun wederzijdse kooplieden.
- 1200 november 3
-
Hendrik I, hertog van Brabant, en Dirk VII, graaf van Holland, sluiten een verdrag inzake het land tussen Maas en Schelde, waarbij onder meer de graaf afziet van zijn aanspraken op Breda.
- 1200
-
Dirk VII en Aleid, graaf en gravin van Holland, schenken aan de abdij van Berne een jaargeld van twee mark uit hun inkomsten te Dordrecht, waarvan de ene helft bestemd is voor de memorie van wijlen Floris III, graaf van Holland, en de andere voor de aankoop van hosties en wijn ten behoeve van de dagelijkse mis tot eigen zielenheil.
- 1210 (januari 1 - 23 september)
-
Dirk II (van der Are), bisschop van Utrecht, bevestigt de abt en de broeders van Mariënweerd in hun bezittingen, waaronder die te Mill en Hal.
- 1213 september 21
-
Willem I, graaf van Holland, geeft enige voorrechten aan de poorters van Geertruidenberg en bepaalt dat de poorters van ’s-Hertogenbosch tolvrij zijn te Geertruidenberg en vice versa.
- 1222 september
-
Hendrik I, hertog van Brabant, sluit met Willem van Horn een overeenkomst over de twee betalingstermijnen van 300 mark Keuls die hij hem verschuldigd is voor het allodium Helmond en andere goederen in de Peel en belooft hem inzake de voogdij over goederen van Echternach een leenman te schenken. Dirk III, heer van Altena, staat borg voor de hertog.